Dubbelleven 2: Expat
Blijf op de hoogte en volg Tim
26 Augustus 2012 | Thailand, Chiang Mai
Expat: (mensachtige) Iemand die in een ander land woont dan waar hij vandaan komt.
De expat is een vreemd schepsel. Welke andere diersoort bouwt er nou decennialang een leven op, om vervolgens alles in te ruilen voor een onbekende, onzekere toekomst? Dat is geen normaal gedrag. Kijk maar naar al die mensen op de wereld die in erbarmelijke armoede leven en nooit aanstalten maken te verkassen. Wat de PVV er ook van zegt, zoiets doe je alleen als je echt geen andere keus hebt.
Wat maakt de expat anders?
Helemaal niks.
Laten we deze Midas Dekkers-analyse beginnen door de subsoorten van de expat te identificeren. Ruwweg zijn dat er drie.
Allereerst zijn er de begin-twintigers. Laten we ze de Snuffelaars noemen. Deze zijn nauw vewant aan die andere soort waar ik in het verleden zoveel over heb geschreven: de backpacker.
Voor de Snuffelaar is Thailand een tussenstop. Ze komen een half jaar werken om vervolgens door te trekken. Vaak naar Australie of Nieuw Zeeland. Ze nemen hun werk niet al te serieus en doen weinig pogingen wortels te leggen. Vaak slaat na een maand of drie de verveling toe en zijn ze weer vertrokken.
Aan de andere kant van het spectrum vinden we de Blijver. De zestig-plusser die hier van zijn pensioen komt genieten. Hij trouwt met een (jongere) Thaise vrouw, opent een guesthouse en gaat nooit meer ergens heen.
En dan is er categorie twee. De meest interessante van de drie. Al was het maar omdat ik er in val.
De Vluchters.
Het kan een mislukt huwelijk zijn, een burnout of een verslaving. Maar op een gegeven moment in je leven kan je in de situatie komen dat je de zaken even flink op een rijtje moet zetten. Expats worden gemaakt, niet geboren.
Thailand lijkt soms een enorm revalidatiecentrum. Het heeft alles wat je maar voor je herstel kan wensen. Prachtige omgeving, voordelige prijzen en een cultuur die volledig is gericht op het vermijden van confrontatie. En dan kan je ook nog eens op elke straathoek een workshop reiki, meditatie of yoga doen. Wat wil je nog meer?
Nou, wat gezelschap misschien. Want expats zijn eenzaam, neem dat maar van me aan. En daar gaat iedereen anders mee om. Sommigen duiken vol overgave in de Thaise samenleving. Leren de taal en hebben de een na de andere Thaise partner. Once you go Thai, you never go back, zo lijkt het wel eens (al rijmt het dan niet best). Maar sommigen doen precies dat. Ze komen terug van hun culturele stage met een paar illusies minder. De Thais zijn hartelijk, gastvrij en goedlachs maar uiteindelijk zijn het ook maar mensen, en dus net zo jaloers, achterbaks en rascistisch als iedereen.
Het merendeel echter trekt naar elkaar toe. Chiang Mai is een stad van een miljoen mensen maar de expat-gemeenschap is een dorp. Je komt elkaar in het uitgaansleven steeds weer tegen. En dan kunnen er interessante dingen gebeuren. Het klinkt als het recept voor een scheikundig experiment.
1. Zet een groep getroubleerde, (over)gevoelige mensen bij elkaar in een kleine ruimte
2. Voeg alcohol toe
3. Zie het eens bruisen!
Het leven van een expat is net een soap: alles gebeurt met een veel hogere intensiteit dan in het echt. Je hanteert hier nou eenmaal andere sociale maatstaven dan thuis. Iemand waar je drie keer me hebt zitten praten in een kroeg, noem je al snel zonder een greintje spot een vriend. En als je afscheid moet nemen van iemand die je langer dan twee maanden kent, gaat het je echt even aan het hart. Dat gebeurt helaas nog wel regelmatig want veel expats blijven maar een jaar of twee plakken. Daarna is het ofwel zo gaan jeuken dat ze weer een ander land opzoeken, ofwel ze gaan naar huis. Bij de laatste groep moet ik altijd de neiging onderdrukken om ze te feliciteren.
Eenzaamheid doet rare dingen met je. De aandrang om die gapende gaten in je agenda op te vullen is zo groot dat je met iedereen wel bereid bent wat te gaan drinken. Dat is niet perse een slecht iets. Je hebt dan niet met iedereen een klik maar leert wel een hoop interessante mensen kennen waar je thuis misschien nooit naar had omgekeken. Waarbij "interessant" soms best een eufemisme is voor "gestoord". En dat brengt ons bij Pai.
Ik heb op dit blog eerder geschreven over Pai. Het idylische hippie-dorpje in de bergen vier uur ten noorden van de stad. Onlangs was ik voor de achtste keer op bezoek. En hoewel ik het steeds meer ga waarderen, begin ik ook steeds meer in de gaten te krijgen wat voor openlucht-gesticht het eigenlijk is. Pai is een beetje de expat-wereld in een geconcentreerde vorm. Je vind er unieke, fascinerende mensen. Waarvan sommigen behoorlijk in de war zijn. In de tijd dat ik er was, waren er naar verluid een overdosis en een zelfmoord. Een van mijn "vrienden" hier zei het het best: "Expats: we're all here, because we're not all there". (Een slogan waarvan hij later zelf nog maar eens het gelijk bewees)
Geen verstandige plaats om verliefd te worden natuurlijk. En als het dan ook nog eens op een Duitse is, dan vraag je er natuurlijk wel een beetje om om pijn gedaan te worden. Maar dat is nou eenmaal een ander symptoom van die eenzaamheid. Je wordt veel sneller verliefd. Het is verdorie alweer de tweede keer sinds ik hier ben. En dan duurt het misschien maar een paar dagen, toch doet het van alles met je.
Het een en ander heeft me flink aan het denken gezet (waarvan u nu de vruchten plukt). Over deze vreemde plaats. Deze vreemde mensen. En over mezelf. Want ben ik de grote uitzondering op al deze genadeloze analyses die u zojuist voorgeschoteld hebt gekregen? Zeker niet. Waarom ik hier precies ben, dat antwoord kan ik u nog even niet geven. Maar ik heb het idee dat ik het hier wel ga vinden. Want hoewel het leven hier niet altijd makkelijk is, is het enorm leerzaam.
De Chinezen hebben een spreuk. "Moge je in interessante tijden leven". Dat ze het als vloek gebruiken, dat begrijp ik best. Interessante ontwikkelingen zijn nou eenmaal zelden leuk. Vraag maar aan de mensen van de NOS. Maar je hebt er vaak wel veel aan.
En het staat mooi in een blog.
De expat is een vreemd schepsel. Welke andere diersoort bouwt er nou decennialang een leven op, om vervolgens alles in te ruilen voor een onbekende, onzekere toekomst? Dat is geen normaal gedrag. Kijk maar naar al die mensen op de wereld die in erbarmelijke armoede leven en nooit aanstalten maken te verkassen. Wat de PVV er ook van zegt, zoiets doe je alleen als je echt geen andere keus hebt.
Wat maakt de expat anders?
Helemaal niks.
Laten we deze Midas Dekkers-analyse beginnen door de subsoorten van de expat te identificeren. Ruwweg zijn dat er drie.
Allereerst zijn er de begin-twintigers. Laten we ze de Snuffelaars noemen. Deze zijn nauw vewant aan die andere soort waar ik in het verleden zoveel over heb geschreven: de backpacker.
Voor de Snuffelaar is Thailand een tussenstop. Ze komen een half jaar werken om vervolgens door te trekken. Vaak naar Australie of Nieuw Zeeland. Ze nemen hun werk niet al te serieus en doen weinig pogingen wortels te leggen. Vaak slaat na een maand of drie de verveling toe en zijn ze weer vertrokken.
Aan de andere kant van het spectrum vinden we de Blijver. De zestig-plusser die hier van zijn pensioen komt genieten. Hij trouwt met een (jongere) Thaise vrouw, opent een guesthouse en gaat nooit meer ergens heen.
En dan is er categorie twee. De meest interessante van de drie. Al was het maar omdat ik er in val.
De Vluchters.
Het kan een mislukt huwelijk zijn, een burnout of een verslaving. Maar op een gegeven moment in je leven kan je in de situatie komen dat je de zaken even flink op een rijtje moet zetten. Expats worden gemaakt, niet geboren.
Thailand lijkt soms een enorm revalidatiecentrum. Het heeft alles wat je maar voor je herstel kan wensen. Prachtige omgeving, voordelige prijzen en een cultuur die volledig is gericht op het vermijden van confrontatie. En dan kan je ook nog eens op elke straathoek een workshop reiki, meditatie of yoga doen. Wat wil je nog meer?
Nou, wat gezelschap misschien. Want expats zijn eenzaam, neem dat maar van me aan. En daar gaat iedereen anders mee om. Sommigen duiken vol overgave in de Thaise samenleving. Leren de taal en hebben de een na de andere Thaise partner. Once you go Thai, you never go back, zo lijkt het wel eens (al rijmt het dan niet best). Maar sommigen doen precies dat. Ze komen terug van hun culturele stage met een paar illusies minder. De Thais zijn hartelijk, gastvrij en goedlachs maar uiteindelijk zijn het ook maar mensen, en dus net zo jaloers, achterbaks en rascistisch als iedereen.
Het merendeel echter trekt naar elkaar toe. Chiang Mai is een stad van een miljoen mensen maar de expat-gemeenschap is een dorp. Je komt elkaar in het uitgaansleven steeds weer tegen. En dan kunnen er interessante dingen gebeuren. Het klinkt als het recept voor een scheikundig experiment.
1. Zet een groep getroubleerde, (over)gevoelige mensen bij elkaar in een kleine ruimte
2. Voeg alcohol toe
3. Zie het eens bruisen!
Het leven van een expat is net een soap: alles gebeurt met een veel hogere intensiteit dan in het echt. Je hanteert hier nou eenmaal andere sociale maatstaven dan thuis. Iemand waar je drie keer me hebt zitten praten in een kroeg, noem je al snel zonder een greintje spot een vriend. En als je afscheid moet nemen van iemand die je langer dan twee maanden kent, gaat het je echt even aan het hart. Dat gebeurt helaas nog wel regelmatig want veel expats blijven maar een jaar of twee plakken. Daarna is het ofwel zo gaan jeuken dat ze weer een ander land opzoeken, ofwel ze gaan naar huis. Bij de laatste groep moet ik altijd de neiging onderdrukken om ze te feliciteren.
Eenzaamheid doet rare dingen met je. De aandrang om die gapende gaten in je agenda op te vullen is zo groot dat je met iedereen wel bereid bent wat te gaan drinken. Dat is niet perse een slecht iets. Je hebt dan niet met iedereen een klik maar leert wel een hoop interessante mensen kennen waar je thuis misschien nooit naar had omgekeken. Waarbij "interessant" soms best een eufemisme is voor "gestoord". En dat brengt ons bij Pai.
Ik heb op dit blog eerder geschreven over Pai. Het idylische hippie-dorpje in de bergen vier uur ten noorden van de stad. Onlangs was ik voor de achtste keer op bezoek. En hoewel ik het steeds meer ga waarderen, begin ik ook steeds meer in de gaten te krijgen wat voor openlucht-gesticht het eigenlijk is. Pai is een beetje de expat-wereld in een geconcentreerde vorm. Je vind er unieke, fascinerende mensen. Waarvan sommigen behoorlijk in de war zijn. In de tijd dat ik er was, waren er naar verluid een overdosis en een zelfmoord. Een van mijn "vrienden" hier zei het het best: "Expats: we're all here, because we're not all there". (Een slogan waarvan hij later zelf nog maar eens het gelijk bewees)
Geen verstandige plaats om verliefd te worden natuurlijk. En als het dan ook nog eens op een Duitse is, dan vraag je er natuurlijk wel een beetje om om pijn gedaan te worden. Maar dat is nou eenmaal een ander symptoom van die eenzaamheid. Je wordt veel sneller verliefd. Het is verdorie alweer de tweede keer sinds ik hier ben. En dan duurt het misschien maar een paar dagen, toch doet het van alles met je.
Het een en ander heeft me flink aan het denken gezet (waarvan u nu de vruchten plukt). Over deze vreemde plaats. Deze vreemde mensen. En over mezelf. Want ben ik de grote uitzondering op al deze genadeloze analyses die u zojuist voorgeschoteld hebt gekregen? Zeker niet. Waarom ik hier precies ben, dat antwoord kan ik u nog even niet geven. Maar ik heb het idee dat ik het hier wel ga vinden. Want hoewel het leven hier niet altijd makkelijk is, is het enorm leerzaam.
De Chinezen hebben een spreuk. "Moge je in interessante tijden leven". Dat ze het als vloek gebruiken, dat begrijp ik best. Interessante ontwikkelingen zijn nou eenmaal zelden leuk. Vraag maar aan de mensen van de NOS. Maar je hebt er vaak wel veel aan.
En het staat mooi in een blog.
-
27 Augustus 2012 - 12:35
Kadelij:
Ik herken je verhaal. Toe ik op reis was, leek het ook alsof iedereen om de verkeerde redenen weg was. Of er geen goede reden bestond om weg te zijn en dat reizigers per definitie treurige figuren zijn. Thuis word je aangemoedigd om de wereld te verkennen en ben je stoer als je het durft, want het is immers goed voor je. Maar zodra je weg bent lijkt het alsof iedereen alleen maar op zoek is naar een thuis.
Misschien is dat nog het grootste kenmerk van een reiziger, ze kennen geen thuis en kunnen hun hele leven spenderen aan het zoeken ervan maar er nooit 1 vinden. -
27 Augustus 2012 - 12:41
Kadelij:
Oh en had je nou nog een mooie sfeerimpressie van Pai voor mij (mijn vader) -
27 Augustus 2012 - 14:13
Dianne:
We're all here, because we're not all there. Mooi! Tja, ik vind mijzelf ook vaak terug op dat soort plekken, haha! ...Hmmmmm......
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley