Ga er maar eens even voor zitten
Door: Tim
Blijf op de hoogte en volg Tim
03 Maart 2012 | Cambodja, Khett Siem Reab
OK, OK, OK. Jullie vragen je vast af waarom ik zo'n drie weken niks van me heb laten horen. En jullie hebben wellicht het titeltje boven dit bericht opgemerkt waar staat dat dit bericht uit Cambodja komt, bijna 3500 kilometer van Dharamsala. Maar wacht.
Ik kan het uitleggen.
Ik kreeg een rol in een Bollywood film en verwierf met mijn exotische voorkomen zo'n sterrenstatus dat ik een tijdlang hier heb moeten onderduiken voor mijn hysterische fans.
Goed, dat is niet helemaal waar...
Ik werd ontvoerd door Naxalieten, Maoistische rebellen in Oost-India die me door de oerwouden van Birma en Thailand hierheen smokkelden om me te verkopen als slaaf, alvorens te beseffen dat er geen vraag was naar amusante anekdotes over Amsterdam.
OK, OK, eigenlijk zat het zo...
Ik probeerde Bhang, een op Cannabis gebasseerd drankje dat Hindoes op speciale dagen drinken uit spirituele overwegingen en werd zojuist wakker in een Cambodjaanse greppel met clownsschoenen aan en niets in mijn zakken dan een CD met het Beste van Rob de Nijs.
Vooruit, de waarheid dan...
Ik nam een bad in de Ganges en toen ik boven kwam bleek de heilige rivier me a la Catweazle te hebben verplaatst in zowel ruimte als tijd.
OK dan! Ik beken! Er is geen andere verklaring voor mijn afwezigheid dan grove nalatigheid. Wil je dat dan horen?
De waarheid is dat Jen en ik er een vrij moordend reistempo op na hielden en als je eenmaal een flinke achterstand hebt opgelopen is het moeilijk weer inhaken. Daarom zal ik proberen de afgelopen wekend samen te vatten in de lessen die India mij heeft geleerd. In het Nederlands. Dat dan weer wel.
1. Elektriciteitsmasten kunnen angstaanjagend zijn.
Tenminste, als je er vlak boven hangt en afhankelijk bent van een vrij matige wind. Vlak voordat ik Dharamsala verliet, besloot ik uit een impuls te gaan paragliden. Daarbij gesp je jezelf vast aan een ander persoon en ren je samen keihard naar de rand van een steile afgrond. Met een parachute om. Dat wel. Het was een onvergetelijke ervaring. Met niets dan het gesuis van de wind in mijn oren en mijn voeten bungelend boven het landschap van de vallei. Het enige minpuntje was dat mijn piloot op een gegeven moment klaagde de dat wind wel erg slecht stond en we vrij hard begonnen te dalen. Gelukkig was de jongen een professional en landen we keurig met onze respectievelijke bipsen op de landingsbaan. En dat allemaal voor het ontbijt.
2. Apen zijn gaaf, in kleine hoeveelheden.
Op mijn derde bezoek aan Jaipur bezochten we de befaamde Monkey Temple. De tempel was niet alleen geweid aan de apengod Hanuman maar bleek ook het territorium te zijn van honderden apen. Brutale, hongerige apen. Met vrij scherpe tanden. Daar was niks goddelijks aan. Jen had al een mooi litteken van een apenbeet uit Vietnam dus was niet zo'n liefhebber. En ook ik hield de mormels vanuit mijn ooghoeken goed in de gaten terwijl ik de fotogenieke tempel op de gevoelige plaat vastlegde. Gelukkig vonden ze ons lang niet zo interessant als al die Indiërs die met ons op de foto wilden. Hanumanzijdank.
3. Kabelbanen zijn niet alleen maar voor in de speeltuin.
In Jodhpur hebben we een zogenaamde zipline-tour gedaan. Een reeks van zes lange kabelbanen waarmee we over de geruïneerde muren van het plaatselijke middeleeuwse fort scheerden. Je bent natuurlijk goed vast gegespt maar je hangt toch zo'n honderd meter boven de grond en de snelheden die je haalt zijn niet misselijk.
4. Alle kamelen lijken op ALF.
Het woestijnstadje Jaisalmer, in een van de meest westelijke uithoeken van India draait voor een groot deel op toeristen die het gebruiken als uitvalsbasis voor trektochten op kameel door de woestijn. Sommige mensen maken zelfs tochten van 21 dagen maar wij vonden twee meer dan genoeg. Zo'n kameel is namelijk nog vrij oncomfortabel. Maar het trage gehobbel door het woestijnlandschap werkt wel hypnotiserend en brengt je in een bijzondere, serene stemming. Zodra je die tune van ALF uit je hoofd hebt gekregen dan. En het was ook een mooie manier om een zonnesteek aan mijn India-bingokaart toe te voegen.
5. Tempels kunnen best sexy zijn.
Dat bewijzen de bouwwerken van Khajuraho. Kijk, ze zijn natuurlijk prachtig en zo. Maar die afbeeldingen van copulerende stelletjes leiden natuurlijk wel een beetje af. Ze worden niet voor niets vaak de Kama Sutra tempels genoemd. Daar hebben ze weliswaar niet direct iets mee te maken, maar de verschillende afgebeelde standjes en allerhande combinaties van mannen, vrouwen en (jawel!) dieren doen je wel degelijk aan dit oude Indiase werk denken. De precieze functie van de afbeeldingen is onbekend. Maar als toeristische attractie werken ze in ieder geval prima.
6. Dat koeien heilig zijn betekent kennelijk ook dat je hun poep niet op hoeft te ruimen.
Varanasi, vrijwel de meest heilige stad van India, is met afstand de smerigste stad die ik ooit heb gezien. Waterbuffels, geiten, ossen, apen, honden en natuurlijk koeien lopen er met kuddes door de straten, die zijn bedekt met een dikke laag fecaliën. Alsof je in een middeleeuwse stad rondloopt. Maar dan een met waanzinnig veel auto's, riksja's en motorfietsen. De betonnen gebouwen zijn er bijna zwart geblakerd door uitlaatgassen. Toch is het een bijzondere stad. Lopend langs de Ganges zie je de hele dag door religieuze ceremonies, mediterende sadhoes en grote stapels hout waar mensen op worden gecremeerd. Een onvergetelijke plaats waar ik nooit meer heen hoef.
7. Het is niet altijd het best om eerste te zijn.
Mumtaz Mahal was de tweede vrouw van Indiase keizer Shah Jahan en moest hem zelfs delen met nog een derde vrouw. Maar de keizer maakte alles goed na haar dood toen hij een tombe voor haar bouwde om u tegen te zeggen: de Taj Mahal. Die in al zijn perfectie nog altijd uit torent boven de oude keizerlijke hoofdstad Agra. Saai om te zeggen, maar zeker het mooiste wat ik in India heb gezien. Zijn andere twee vrouwen liggen trouwens in kleine tombes net buiten het complex. Ook leuk.
Na een kort maar definitief afscheid van Jen (vraag maar niet) nam ik een bus naar Delhi vanwaar mijn geliefde Air Asia me vervoerde naar het al even geliefde Bangkok. Mijn reis in India verliep niet helemaal volgens plan, waardoor ik alleen maar meer had uitgekeken naar mijn terugkeer naar Thailand. Dat kon natuurlijk alleen maar tegenvallen. Maar niets was minder waar. Thailand voelt aan als een warm bad. Letterlijk dan want god wat is het heet en vochtig. Maar het boeit me niet. Het eten is fantastisch, de mensen zijn geweldig en elke dag is bloesjesdag.
Ook het reizen met Hans is bijzonder. Zeven jaar geleden trok ik voor het eerst met een rugzak om de wereld in en ook dat was samen met Hans. Inmiddels zijn we natuurlijk ouder en wijzer maar onze avonturen samen hangen weer van toevalligheden en ondoordachte acties aan elkaar. Zo liepen we elkaar in Bangkok stomtoevallig tegen het lijf, een paar uur voordat we ergens hadden afgesproken. En de volgende dag liepen we zomaar tegen een wedstrijd Thais boksen aan, wat verbazingwekkend mooi blijkt om naar te kijken. Ik kan hier een mooi stukje proza ophangen over de souplesse van de boksers, het ceremoniële dansen wat eraan vooraf gaat en de rol van Muay Thai in de Thaise cultuur maar eigenlijk is het gewoon heerlijk om onder het genot van een biertje twee volwassen mannen elkaar tot pulp te zien slaan en schoppen. Mortal Kombat is er niks bij.
Oh, en Cambodja…? Ik doe met Hans een soort Best of Zuid-Oost Azie voordat ik op zoek moet naar werk en daarbij kunnen natuurlijk de tempels van Angkor niet uitblijven. Ik geloof dat dit bericht nu lang genoeg is dus voor meer over de tempels, verwijs ik jullie graag naar mijn blog van vijf jaar geleden:
http://timindenvreemde.waarbenjij.nu/Reisverslag/?Cambodja/Shplurg!/&subdomain=timindenvreemde&module=site&page=message&id=1641777
Zo. We zijn weer bijgepraat. Vanaf nu weer regelmatige updates en binnenkort ook een hele rits foto’s. Op de Facebook-pagina van Hans (Koek) kun je er al een hoop van de afgelopen dagen vinden. Stuur hem maar een vriendschapsverzoekje. Vind ie leuk.
En dan eindig ik deze berichten altijd met een uitsmijter waarin ik alles wat ik heb geschreven samenvat in een punchline die zowel vermaakt als ontroerd en het thema van het bericht zoals benoemd in de openingsalinea nog eens aanstipt wat het geheel een cyclisch gevoel meegeeft wat de lezer nog dagenlang bijblijft.
…
Ik hou van kaas.
Ik kan het uitleggen.
Ik kreeg een rol in een Bollywood film en verwierf met mijn exotische voorkomen zo'n sterrenstatus dat ik een tijdlang hier heb moeten onderduiken voor mijn hysterische fans.
Goed, dat is niet helemaal waar...
Ik werd ontvoerd door Naxalieten, Maoistische rebellen in Oost-India die me door de oerwouden van Birma en Thailand hierheen smokkelden om me te verkopen als slaaf, alvorens te beseffen dat er geen vraag was naar amusante anekdotes over Amsterdam.
OK, OK, eigenlijk zat het zo...
Ik probeerde Bhang, een op Cannabis gebasseerd drankje dat Hindoes op speciale dagen drinken uit spirituele overwegingen en werd zojuist wakker in een Cambodjaanse greppel met clownsschoenen aan en niets in mijn zakken dan een CD met het Beste van Rob de Nijs.
Vooruit, de waarheid dan...
Ik nam een bad in de Ganges en toen ik boven kwam bleek de heilige rivier me a la Catweazle te hebben verplaatst in zowel ruimte als tijd.
OK dan! Ik beken! Er is geen andere verklaring voor mijn afwezigheid dan grove nalatigheid. Wil je dat dan horen?
De waarheid is dat Jen en ik er een vrij moordend reistempo op na hielden en als je eenmaal een flinke achterstand hebt opgelopen is het moeilijk weer inhaken. Daarom zal ik proberen de afgelopen wekend samen te vatten in de lessen die India mij heeft geleerd. In het Nederlands. Dat dan weer wel.
1. Elektriciteitsmasten kunnen angstaanjagend zijn.
Tenminste, als je er vlak boven hangt en afhankelijk bent van een vrij matige wind. Vlak voordat ik Dharamsala verliet, besloot ik uit een impuls te gaan paragliden. Daarbij gesp je jezelf vast aan een ander persoon en ren je samen keihard naar de rand van een steile afgrond. Met een parachute om. Dat wel. Het was een onvergetelijke ervaring. Met niets dan het gesuis van de wind in mijn oren en mijn voeten bungelend boven het landschap van de vallei. Het enige minpuntje was dat mijn piloot op een gegeven moment klaagde de dat wind wel erg slecht stond en we vrij hard begonnen te dalen. Gelukkig was de jongen een professional en landen we keurig met onze respectievelijke bipsen op de landingsbaan. En dat allemaal voor het ontbijt.
2. Apen zijn gaaf, in kleine hoeveelheden.
Op mijn derde bezoek aan Jaipur bezochten we de befaamde Monkey Temple. De tempel was niet alleen geweid aan de apengod Hanuman maar bleek ook het territorium te zijn van honderden apen. Brutale, hongerige apen. Met vrij scherpe tanden. Daar was niks goddelijks aan. Jen had al een mooi litteken van een apenbeet uit Vietnam dus was niet zo'n liefhebber. En ook ik hield de mormels vanuit mijn ooghoeken goed in de gaten terwijl ik de fotogenieke tempel op de gevoelige plaat vastlegde. Gelukkig vonden ze ons lang niet zo interessant als al die Indiërs die met ons op de foto wilden. Hanumanzijdank.
3. Kabelbanen zijn niet alleen maar voor in de speeltuin.
In Jodhpur hebben we een zogenaamde zipline-tour gedaan. Een reeks van zes lange kabelbanen waarmee we over de geruïneerde muren van het plaatselijke middeleeuwse fort scheerden. Je bent natuurlijk goed vast gegespt maar je hangt toch zo'n honderd meter boven de grond en de snelheden die je haalt zijn niet misselijk.
4. Alle kamelen lijken op ALF.
Het woestijnstadje Jaisalmer, in een van de meest westelijke uithoeken van India draait voor een groot deel op toeristen die het gebruiken als uitvalsbasis voor trektochten op kameel door de woestijn. Sommige mensen maken zelfs tochten van 21 dagen maar wij vonden twee meer dan genoeg. Zo'n kameel is namelijk nog vrij oncomfortabel. Maar het trage gehobbel door het woestijnlandschap werkt wel hypnotiserend en brengt je in een bijzondere, serene stemming. Zodra je die tune van ALF uit je hoofd hebt gekregen dan. En het was ook een mooie manier om een zonnesteek aan mijn India-bingokaart toe te voegen.
5. Tempels kunnen best sexy zijn.
Dat bewijzen de bouwwerken van Khajuraho. Kijk, ze zijn natuurlijk prachtig en zo. Maar die afbeeldingen van copulerende stelletjes leiden natuurlijk wel een beetje af. Ze worden niet voor niets vaak de Kama Sutra tempels genoemd. Daar hebben ze weliswaar niet direct iets mee te maken, maar de verschillende afgebeelde standjes en allerhande combinaties van mannen, vrouwen en (jawel!) dieren doen je wel degelijk aan dit oude Indiase werk denken. De precieze functie van de afbeeldingen is onbekend. Maar als toeristische attractie werken ze in ieder geval prima.
6. Dat koeien heilig zijn betekent kennelijk ook dat je hun poep niet op hoeft te ruimen.
Varanasi, vrijwel de meest heilige stad van India, is met afstand de smerigste stad die ik ooit heb gezien. Waterbuffels, geiten, ossen, apen, honden en natuurlijk koeien lopen er met kuddes door de straten, die zijn bedekt met een dikke laag fecaliën. Alsof je in een middeleeuwse stad rondloopt. Maar dan een met waanzinnig veel auto's, riksja's en motorfietsen. De betonnen gebouwen zijn er bijna zwart geblakerd door uitlaatgassen. Toch is het een bijzondere stad. Lopend langs de Ganges zie je de hele dag door religieuze ceremonies, mediterende sadhoes en grote stapels hout waar mensen op worden gecremeerd. Een onvergetelijke plaats waar ik nooit meer heen hoef.
7. Het is niet altijd het best om eerste te zijn.
Mumtaz Mahal was de tweede vrouw van Indiase keizer Shah Jahan en moest hem zelfs delen met nog een derde vrouw. Maar de keizer maakte alles goed na haar dood toen hij een tombe voor haar bouwde om u tegen te zeggen: de Taj Mahal. Die in al zijn perfectie nog altijd uit torent boven de oude keizerlijke hoofdstad Agra. Saai om te zeggen, maar zeker het mooiste wat ik in India heb gezien. Zijn andere twee vrouwen liggen trouwens in kleine tombes net buiten het complex. Ook leuk.
Na een kort maar definitief afscheid van Jen (vraag maar niet) nam ik een bus naar Delhi vanwaar mijn geliefde Air Asia me vervoerde naar het al even geliefde Bangkok. Mijn reis in India verliep niet helemaal volgens plan, waardoor ik alleen maar meer had uitgekeken naar mijn terugkeer naar Thailand. Dat kon natuurlijk alleen maar tegenvallen. Maar niets was minder waar. Thailand voelt aan als een warm bad. Letterlijk dan want god wat is het heet en vochtig. Maar het boeit me niet. Het eten is fantastisch, de mensen zijn geweldig en elke dag is bloesjesdag.
Ook het reizen met Hans is bijzonder. Zeven jaar geleden trok ik voor het eerst met een rugzak om de wereld in en ook dat was samen met Hans. Inmiddels zijn we natuurlijk ouder en wijzer maar onze avonturen samen hangen weer van toevalligheden en ondoordachte acties aan elkaar. Zo liepen we elkaar in Bangkok stomtoevallig tegen het lijf, een paar uur voordat we ergens hadden afgesproken. En de volgende dag liepen we zomaar tegen een wedstrijd Thais boksen aan, wat verbazingwekkend mooi blijkt om naar te kijken. Ik kan hier een mooi stukje proza ophangen over de souplesse van de boksers, het ceremoniële dansen wat eraan vooraf gaat en de rol van Muay Thai in de Thaise cultuur maar eigenlijk is het gewoon heerlijk om onder het genot van een biertje twee volwassen mannen elkaar tot pulp te zien slaan en schoppen. Mortal Kombat is er niks bij.
Oh, en Cambodja…? Ik doe met Hans een soort Best of Zuid-Oost Azie voordat ik op zoek moet naar werk en daarbij kunnen natuurlijk de tempels van Angkor niet uitblijven. Ik geloof dat dit bericht nu lang genoeg is dus voor meer over de tempels, verwijs ik jullie graag naar mijn blog van vijf jaar geleden:
http://timindenvreemde.waarbenjij.nu/Reisverslag/?Cambodja/Shplurg!/&subdomain=timindenvreemde&module=site&page=message&id=1641777
Zo. We zijn weer bijgepraat. Vanaf nu weer regelmatige updates en binnenkort ook een hele rits foto’s. Op de Facebook-pagina van Hans (Koek) kun je er al een hoop van de afgelopen dagen vinden. Stuur hem maar een vriendschapsverzoekje. Vind ie leuk.
En dan eindig ik deze berichten altijd met een uitsmijter waarin ik alles wat ik heb geschreven samenvat in een punchline die zowel vermaakt als ontroerd en het thema van het bericht zoals benoemd in de openingsalinea nog eens aanstipt wat het geheel een cyclisch gevoel meegeeft wat de lezer nog dagenlang bijblijft.
…
Ik hou van kaas.
-
03 Maart 2012 - 14:48
Hans:
Ja Tim. Het is nu al fantastisch! En we zijn nog maar net begonnen!! Goed, niet teveel uitroeptekens.. Voor iedereen die mee leest. Bangkok is koel, Angkor Wat is koel en reizen met Tim is koel. En dat met een temperatuurtje van zo'n 35 graden (!). Minder koel. Blijf lezen want er komen vast nog veel leuke anekdotes bij. En Tim: Mooi geschreven! Bij tijd en wijle schurend tegen hilarisch..
-
03 Maart 2012 - 14:48
Hans:
Ja Tim. Het is nu al fantastisch! En we zijn nog maar net begonnen!! Goed, niet teveel uitroeptekens.. Voor iedereen die mee leest. Bangkok is koel, Angkor Wat is koel en reizen met Tim is koel. En dat met een temperatuurtje van zo'n 35 graden (!). Minder koel. Blijf lezen want er komen vast nog veel leuke anekdotes bij. En Tim: Mooi geschreven! Bij tijd en wijle schurend tegen hilarisch..
-
03 Maart 2012 - 15:00
Sandra:
He zwager (en Hans ook natuurlijk)
fijn weer wat te horen...een en ander natuurlijk al via mams gehoord
Even....Siem Reap is Cambodja en niet India zoals het vlaggetje schijnt te willen zeggen: you can't get out off India -
03 Maart 2012 - 16:18
Kadelij:
Klootzak! Ik heb je gemist man!! Liep gister Rene tegen het lijf die zei dat Jen van de week al was teruggekeerd dus ik verwachtte al wel weer wat te lezen van je!
Inderdaad Sandra, er staat boven je verhaal dat je je nog steeds in India bevindt.
We moeten van de week echt even skypen jongeman! Of eigenlijk, kom maar gewoon terug, het is leuk geweest zo. Dan ben je nog op tijd voor ons huis verwarm festijn.
Doe je de groeten aan Juul als je haar tegen het lijf loopt, zij is donderdag naar Bangkok vertrokken. -
04 Maart 2012 - 11:46
GayPrince:
Ik hou ook van kaas!!! :D -
22 Maart 2012 - 11:09
Mythe:
Ik neem bij gebrek aan meer informatie maar aan dat deze mysterieuze Hans de reden is van het definitieve afscheid? Nou maar hopen dat hij net zoveel van kaas houdt als jij. -
22 Maart 2012 - 11:11
Myrthe:
P.s. Als je ooit weer heelhuids terugkomt, verwacht ik die cd van Rob de Nijs met een strikje.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley